Akaroa
14 april 2014 - Akaroa, Nieuw-Zeeland
14 April
Geslapen als een blok, , ik word wakker van de stoomfluit van de trein. Het weer lijkt beter dan gisteren. Vandaag gaat de reis naar het Banks Peninsula, een schiereiland ten oosten van Christchurch.
Eerst rijden we nog even naar het centrum om te kijken of we woensdag makkelijk bij het hotel kunnen komen om onze bagage te droppen voor we de camper inleveren. Het centrum zit vol afsluitingen en eerst dachten we dat nog het gevolg was van de aardbeving van 2011. Maar nee het centrum is tijdelijk dicht omdat William en Kate vandaag op bezoek komen. Oké er zijn straten afgezet van vanmorgen 10 tot vanavond 8 uur maar verder is er nog niet veel van te merken. Bij ons staat het dan al vol met politie en er zitten al mensen op een stoeltje om een glimp op te vangen. De kranten staan er trouwens wel vol van.
Wel rijden we dwars door de zogenaamde Red Zone, het aardbevingsgebied, waar ook de Cathedral heeft gestaan. Er wordt volop gebouwd, het is een grote bouwput.
Wij vervolgen onze weg naar Akaroa. De weg gaat eerst vlak maar dan komen de bergen al weer te voorschijn. Het schiereiland is gevormd door twee uitbarstingen 8 miljoen jaar geleden. Arno kan zijn kunsten nog een keertje vertonen, zeker als we de toeristische route nemen, Old Summit Road die over de rand van de oude vulkaan gaat en deze weg ligt veel hoger en geeft prachtige vergezichten Onze camper heeft een automaat en dat is heel lekker rijden maar wat zijn we blij dat we ondanks dat de dame van de verhuur zei dat we geen handmatige versnelling hadden, deze de eerste week toch hebben gevonden. Zeker bij rijden in de bergen is het heel prettig om even terug te kunnen schakelen of op de versnelling af te kunnen remmen. Er waren meerdere hellingen bij waar we anders met rokende remmen van af waren gekomen.
We nemen nog een afslag naar een baai, die ligt natuurlijk in de diepte, weer een lekkere smalle steile weg. Aangekomen bij het totaal verlaten strand eten we daar ons boterhammetje. De natuurcamping er naast staat totaal leeg maar ’s zomers moet het hier bijzonder zijn met het witte strand en de zee voor je tent.
Onderweg maken we nog wat foto’s van huizen, van mooie zowel als van “wrakken” maar hoe dan ook, ze staan op een prachtige plaats. De meeste huizen in NZ zijn van hout en hebben een golfplaten dak, Staat het huis goed in de verf ziet het er erg idyllisch uit maar zo niet dan is het gelijk een haveloze barak. Ze zijn hier ook helemaal gek van golfplaat, bijna alle daken zijn ervan gemaakt. Ze maken er ook schuren van en omheiningen maar met de moderne variant die waarschijnlijk van kunststof is bouwen ze ook huizen. De stalen platen roesten erg maar niet getreurd ,over de gaten weer zetten ze een ander stukje, het lijkt soms net een lappendeken. Gelukkig voor het zicht heb je de platen in diverse kleuren , zowel rood als groen.
De Nieuw Zeelanders vinden dat de crisis hun niet zo erg getroffen heeft en ik snap nu wel waarom: Wij consumeren veel meer en hebben van alles liefs het nieuwste van het nieuwste maar hier leven veel mensen zoals wij in de jaren zeventig ,tachtig. Ze leven hier veel meer bij de dag en is het niet zo dat als je veel hebt je ook veel kan kwijtraken? Neemt niet weg dat ik nog nooit zoveel verlaten huizen en oude roestige auto’s heb gezien. De auto’s is een verhaal apart. Een autosloop heb ik niet gezien maar verroestte en kapotte auto’s des te meer. Als de oude het niet meer doet koop je een andere en laat je de oude wegroesten op je erf. (Dit geldt vooral voor het Zuidereiland, waar maar 20 % van de in totaal 4½ miljoen mensen wonen.)
Als we in Akaroa (Dit betekent lange haven in het Maori.) aankomen miezert het weer. We lopen langs Harbour road en door het dorpje. Dit dorpje is gesticht door de Fransen en veel nazaten van de pioniers wonen hier nog, er wordt ook nog Frans gesproken en sommige aankondigingen en straatnamen zijn Frans. Men probeert de sfeer van de pioniers wat vast te houden. Veel van de oude huizen zijn winkeltjes met souveniers. (net Volendam)
Wat is het toch jammer dat de zon niet schijnt. De cruises naar de dolfijnen worden nog steeds verkocht maar de animo is niet erg groot. Er komen mensen helemaal verkleumd van de boot af. Wij blijven hier een nachtje op de Top Ten camping, er is geen andere. En ik weet dat ze blij zijn met zichzelf., de camping staat op een mooie plaats maar geef ons de Kiwicampings maar. Wij gaan morgen terug naar de camping in Christchurch, Amberpark een prima Kiwicamping.
15 April
Ja, ja, Nieuw Zeelands weer. Gisteren was het weer niet veel en nu schijnt de zon. Heel prettig want we hoorden dat het hier al 10 dagen had geregend. We staan op de camping in Akaroa en besluiten nog even terug te gaan naar de haven. De zon schijnt en gelijk komt het toerisme weer op gang, we kunnen mee met de Dolphin Cruise van 11 uur.
De boot is bijna vol en je kan wel veel op eigen houtje doen maar om dolfijnen te zien heb je toch een boot nodig. De kapitein vertelt weer honderduit. De haven waar we varen is eigenlijk een krater, dat is later buitengaats heel goed te zien dan varen we langs de wand van de krater ( lijkt net een halve krater waar we invaren) en het is goed te zien aan de verschillende lagen dat het een vulkaan was (gelukkig niet meer actief).
Buitengaats zien we de eerste dolfijnen, om ze op de foto te krijgen lukt niet maar Arno heeft ze wel op film. Heel leuk hoe ze met de boeggolf mee zwemmen. De dolfijnen die hier zwemmen zijn Hector dolfijnen, de kleinste soort die er is. In 1988 werden deze dolfijnen nog met uitsterven bedreigd maar gelukkig heeft de NZ’s regering ingezien dat ze zo op de verkeerde weg was en is er een uitgebreid programma gestart om dat te voorkomen.
Ook zien we op de rotsen nog wat zeehonden, die hadden wij natuurlijk al gezien maar het blijft leuk om ze zo in “in het wild” te zien en het spaart ons een tripje naar Pieterburen uit.
Om 1 uur zijn we weer terug in de haven. We aanvaarden de terugreis en nemen de wat langere route over de Gerber pass dan kan Arno nog even hellingtrekken om af te kicken. Via een mooie weg langs Governers Bay rijden we naar Lyttelton, een fabriekshaven naar later blijkt. We gaan terug naar de camping: Amber Park in Christchurch, waar we gisteren vandaan zijn gekomen. We mogen morgen wat later vertrekken, dat is prettig dan kunnen we morgen onze tassen inpakken en hoeven ons niet te haasten.
We maken ons laatste maaltje klaar. Het gasstel zullen we niet missen, wat een klereding. De pitten blijven niet branden als je ze aangestoken hebt. Van af het begin heeft een pit het niet gedaan en ik kan je wel vertellen dat koken met 1 pit al een hele uitdaging is maar sinds 2 weken heeft ook de andere pit kuren. Arno heeft een zere duim van de pit ingedrukt houden. Ieder camping heeft ook een campingkeuken, heel gezellig, vooral backpakkers maken daar gebruik van maar wij zijn ook gewend om in de caravan te koken en te eten dus gebruiken wij die keuken alleen om af te wassen. Dat is een leuk karweitje voor Arno, als ik het verhaaltje voor het blog schrijf. Thuis is hij tenslotte ook hoofd afwasmachine. We hebben zo samen een uitstekende routine ontwikkeld. Ik maak zo een kopje koffie en ruim de afwas op en hij mag mijn epistel corrigeren en op internet zetten.
Morgenavond slapen we in het Ibis hotel en eten we buitenshuis, wat een luxe zal dat zijn. Toch zullen we het “padvinderen” wel missen.
Bij ons is het koud, maar de natuur is prachtig. jullie tuin thuis staat er vast mooi bij als je terug komt.
Het zijn mooie reisverhalen, geniet nog maar even door.
Troost julle bij de gedachte dat wij daar 2 maanden mee rondgereden hebben. Wij hebben toen uit arrenmoede maar een stukje hout gezocht waarmee we de knop klem konden zetten zodat de pit bleef branden. Maar al met al hebben jullie er een prachtige reis in Nieuw Zeeland alweer bijna op zitten. Nog een paar fijne dagen in Christchurch en dan naar de echte warmte in Australie. Heel veel plezier nog en blijf je ogen de kost geven. Er komen nog prachtige beelden aan.
Groetjes, Erna
mimi en dolf
Doe Mario de groeten en maak er mooie paasdagen van .
liefs bas en berry
We spreken elkaar wel weer in Etten Leur.
Groetjes Garmt & Jannie